Fanaticus, jezuïet en corpsbal

Normaal gesproken waak ik voor de nostalgie van oude mensen die menen dat vroegûh alles beter was. Die mensen houden er een selectieve herinnering op na waar zij alle minpuntjes van vroegüh uitfilteren tot er een verleden overblijft dat te mooi is om waar te zijn. Dit keer maak ik een uitzondering en dat ligt niet aan mij, maar aan de kabinetsformatie die inmiddels in een moeras van infantiliteit is weggezakt. Dit land zal geregeerd worden door een fanaticus, een jezuïet en een overjarige corpsbal. Met weemoed kijk ik terug naar het Nederland van Joop den Uyl, Ruud Lubbers en zelfs Dries van Agt toen hij nog de oude was.

De fanaticus, de jezuïet en de overjarige corpsbal triomfeerden tijdens het Kamerdebat. Ik zag hen op het spreekgestoelte en tijdens onderonsjes waarvan ze donders goed wisten dat die nauwkeurig door de camera's werden geregistreerd. Er is een recessie gaande die de gemeenschap miljarden kost, de integratieproblemen in met name grote(re) steden moeten met wijsheid in plaats van dommekracht worden aangepakt en we moeten zorgvuldig waken over decennialang als vanzelfsprekend beschouwde verworvenheden: democratie, vrijheid, tolerantie. En juist in een tijd als deze wordt de marsroute uitgestippeld door de fanaticus, de jezuïet en de overjarige corpsbal.

De jezuïet (om voor de verandering eens niet met de fanaticus te beginnen) heeft als een volleerd inquisiteur alle ketters in zijn fractie het zwijgen opgelegd. De ene dissident had het strijdperk nog niet verlaten of de twee overgebleven dwarsliggers haastten zich terug in het gareel. Het leek wel of ze bang waren om aan een middeleeuwse inquisitieproef te worden onderworpen. En dan dat partijvoorziittertje. Lees wat Aaf Brandt Corstius vandaag in De Volkskrant over het manneke heeft geschreven en u weet genoeg. Piet Parmantig. De jezuïet had voor de spiegel geoefend in stoerkijken. Hij stond dreigend achter het katheder. Zijn donkere ogen priemden als koele meren des doods de zaal in. In gedachten zag ik achter hem de contouren van een brandstaptel. Hij hoefde zich alleen maar om te draaien om met zijn vuur schietende ogen de traag brandende twijgen aan te steken. Brrr.

De fanaticus zat er ontspannen bij. Ik probeerde aan zijn optreden de erotiserende invloed op vrouwen af te lezen, die hem door zijn biograaf wordt toegeschreven. Ik slaagde er niet in. Het enige wat ik zag was een burgermannetje met hoogstwaarschijnlijk vochtige oksels die onder een saai colbertje verborgen gingen. Maar ik ben dan ook geen vrouw. Om de een of andere reden lijkt de fanaticus mij iemand met zweethanden. Vraag me niet waarom.

En dan de overjarige corpsbal. Van de drie is hij mij persoonlijk het meest sympathiek, maar dat is niet voldoende reden om hem als minister-president te wensen. Daar komt nog bij dat hij mij als politicus zwaar is tegengevallen. Jarenlang hing hij met dat joviale JOVD-uiterlijk de vleesgeworden liberaal uit. Toen kreeg hij op miraculeuze wijze de touwtjes in handen en van de ene op de andere dag veranderde hij in een ordinaire rechtse bal. Vergelijk het met een sprookje waarin niet de kikker in een prins verandert, maar de prins in een kikker. De overjarige corpsbal vindt het heerlijk om het woord rechts in de mond te nemen. Dat kan tegenwoordig zonder gêne, want Nederland is tijdelijk rechts. Hoe vaak heb ik de overjarige corpsbal de afgelopen weken niet trots zijn voorkeur voor "een rechts kabinet" horen uitspreken. Niks liberaal, gewoon een Tory in schaapsvacht.

En het ergste is nog dat we dat stel zelf aan de macht hebben geholpen. Maar juist daarin schuilt ook de gerechtigheid, want de rekening voor onverdraagzaamheid, doortraptheid en starheid zal mede worden betaald door degenen die dat treurige trio op het schild hebben gehesen.